Groot koolwitje

Groot koolwitje, Pieris brassicae

(foto: www.vogeldagboek.nl)

De koolwitjes zijn bekende vlinders in de zomer. Het groot koolwitje is vooral van het klein koolwitje te onderscheiden door de grotere hoeveelheid zwart in de voorste vleugelpunt. Bij het groot koolwitje heeft het vrouwtje twee duidelijke zwarte stippen in de voorvleugel, die bij het mannetje ontbreken. De onderkant van de achtervleugel is sterk grijs bestoven, terwijl bij het klein koolwitje de onderkant van het de achtervleugel gelig is. Het groot koolwitje vliegt in twee tot drie gescheiden generaties, waarbij de vlinders van de tweede generatie intenser gekleurd zijn dan die van de eerste en de derde generatie. Ze vliegen van eind april tot eind juni en van begin juli tot begin september. De waardplant zijn kruisbloemigen, bij voorkeur gekweekte kool. De rups is geel met zwarte vlekken. Het is een zeer algemene soort. In de nazomer kunnen grote groepen koolwitjes gezien worden. Ze kunnen 50 tot 100 km per dag vliegen. Soms vertonen ze zelfs trekgedrag en dan lijkt het alsof er een lokale sneeuwbui valt. De complete levenscyclus van eitje tot vlinder duurt 35 á 36 dagen. De soort overwintert als pop, hangend tegen een boomstam of een muur. De koolwitjes zijn bekende vlinders in de zomer. Het groot koolwitje is vooral van het klein koolwitje te onderscheiden door de grotere hoeveelheid zwart in de voorste vleugelpunt. Bij het groot koolwitje heeft het vrouwtje twee duidelijke zwarte stippen in de voorvleugel, die bij het mannetje ontbreken. De onderkant van de achtervleugel is sterk grijs bestoven, terwijl bij het klein koolwitje de onderkant van de achtervleugel gelig is. Ze vliegen van eind april tot eind juni en van begin juli tot begin september. De waardplant zijn kruisbloemigen, bij voorkeur gekweekte kool. De rups is geel met zwarte vlekken. Het is een zeer algemene soort. In de nazomer kunnen grote groepen koolwitjes gezien worden. Ze kunnen 50 tot 100 km per dag vliegen. Soms vertonen ze zelfs trekgedrag en dan lijkt het alsof er een lokale sneeuwbui valt. De complete levenscyclus van eitje tot vlinder duurt 35 á 36 dagen. De soort overwintert als pop, hangend tegen een boomstam of een muur.